woensdag 12 oktober 2016

Jouw IQ is niet je cijfer



Afgelopen maand heb ik op ouderavonden presentaties mogen houden over Executieve Functies. Executieve Functies zijn breinfuncties die vaardigheden verzorgen, die mensen nodig hebben om taken effectief uit te voeren en problemen op te lossen. De bekendste is waarschijnlijk het werkgeheugen, we onderscheiden er 11 in totaal (zie figuren).

Als we kijken naar het brein van de talentvolle puber dan zien we dat juist bij slimme pubers de executieve functies niet altijd goed ontwikkeld zijn. Dit kunnen we verklaren doordat intelligente leerlingen zo gemakkelijk door de basisschool heen 'fietsen' dat ze niet geleerd hebben om met tegenslagen om te gaan (flexibiliteit), niet zo'n last hebben van uitstelgedrag (taak initiatie) en niet weten hoe je volhoudt om een doel te bereiken (doelgericht doorzettingsvermogen), om maar een paar voorbeelden te noemen. Dit soort ouderavonden zijn een hit. Dan zie ik ouders een "ahaaa"-erlebnis meemaken. Wat ik dan ook uitleg is het RITS-principe.

"Je krijgt geen cijfer voor je IQ alleen" zeg ik weleens tegen leerlingen. Natuurlijk, als je slim bent dan helpt dat. Maar als je met dat slimme koppie achterover leunt en niet zo geweldig je werk organiseert, dan is het resultaat teleurstellend. De inzet die je toont en de strategie die je hanteert voor je schoolcarriere, bepalen samen met het talent dat je hebt je cijfers. En hebben samen een grotere invloed op het resultaat dan je talent! Dus: Resultaat = Inzet x Talent x Strategie, oftewel de RITS.

Het leukste vond ik tijdens die voorlichtingsavonden toen er ook een paar 5VWO leerlingen in de zaal zaten. Ook bij hen zag ik zo'n enorme herkenning. Tot grote schaamte bij hen. Gelukkig waren er ook nog ouders die zo eerlijk waren dat ze zelf ook echt nog niet alle vaardigheden beheersen. En u?







zaterdag 11 juni 2016

Kauwgom

Ik kijk nog één keer goed de klas door en tel 4 malende monden. Kauwgom. Deze pubers weten heel goed wat de schoolregels zijn en om kauwgom-puisten onder tafeltjes te voorkomen vraag ik regelmatig of ze hun mond willen legen boven de vuilnisbak. En toch sta ik nu in tweestrijd.

En dat is de schuld van Prof. Dr. Erik Scherder, die mij geleerd heeft dat kauwgom eten een heel positief effect op het brein heeft. Dat als wij kauwen, we eigenlijk in beweging zijn. Laten we het niet meteen 'sporten' noemen, maar toch, onze kaken verrichten arbeid. Door te kauwen gaat ons hart sneller kloppen. Door te kauwen krijgt één van de halsslagaders een geweldig verbeterde doorbloeding. En laat nu die slagader de boosdoener te zijn in 80% van de herseninfarct gevallen.

Maar kauwen veroorzaakt nog meer goeds. Er lijkt een connectie te zijn met het werkgeheugen en alertheid en aandacht. Tijdens het kauwen zou juist de prefrontale cortex beter doorbloed zijn en meer zuurstof en suikers aangevoerd krijgen. Ook zouden we door het kauwen meer geprikkeld zijn, waardoor onze aandacht verscherpt. Boeiend is een onderzoek waar de resultaten van een psychologische test vergeleken werden tussen 2 groepen, als de ene groep de kauwgom uitspuugde na 5 minuten en de andere groep doorkauwde. Kauwgom kauwen voordat je aan een taak begint blijkt veel meer positieve effecten op het werkgeheugen en aandacht te hebben.

Dus... tja, wat zal ik nu eens doen met die kauwende leerlingen?

Het is aan te raden om eens het filmpje van dr Erik Scherder te bekijken, getiteld: "Waarom vanillevla onze hersenen vernield". Niet alleen leerzaam, maar ook geestig.

maandag 28 maart 2016

Korte lontjes en explosieve reacties



In een eerdere blog liet ik jullie kennismaken met het reptiel dat in iedereen schuilt. Als je dacht dat het niet schizofrener kon worden dan dat, hou je vast: er is ook nog een zoogdier! In het zoogdierenbrein (of limbisch systeem) zetelen de emoties, verzorgd door de hersendelen amygdala (angst, woede), insula (afkeer, walging) en de nucleus accumbens (blijdschap, beloning).

Er zijn primaire en secundaire emoties. Primaire emoties worden automatisch en onbewust opgeroepen. Als je ergens van schrikt, of zelfs maar kijkt naar een geschrokken gezicht (zoals van de vrouw hierboven) dan wordt de amygdala geactiveerd. Wij verschillen daarin niet van zoogdieren. Denk aan de geschrokken kat met ook een zeer actieve amygdala. Maar wij kunnen ook complexere secundaire emoties voelen, zoals teleurstelling en ontroering. Deze emoties beleven we wél bewust en zijn een gevolg van eerdere ervaringen, oordelen en opvattingen in je leven. 
Dan nu onze pubers, met een iets ander brein dan dat van ons volwassenen. De hypothalamus reguleert de afgifte van de hormonen oestrogeen en testosteron. Hormonen zijn erg belangrijk voor de hersenontwikkeling, maar stimuleren ook de hersengebieden die emoties verwerken, zoals de amygdala. Daarmee zorgen ze voor snellere en grotere stemmingswisselingen, boosheid en blijheid wisselen elkaar snel af. U kent dat vast wel: korte lontjes en explosieve reacties, nietwaar?

Susanna's dilemma: 'Als ik vanavond naar dat feestje ga heb ik een leuke avond, maar zal mijn oma teleurgesteld zijn dat ze me morgenochtend weer niet in de kerk ziet.' 

Het afwegen van emotionele beslissingen wordt geregeld in de orbifrontale cortex (onderdeel van de neocortex), waar emoties en lichaamssensaties (het "onderbuik"-gevoel) samenkomen. Hier worden secundaire emoties gevormd. Omdat dit hersengedeelte langzaam rijpt, tot zelfs wel 18 jaar, kunnen pubers nog niet goed een gewogen beslissing nemen. En als ook nog het rap reagerende zoogdierenbrein de overhand heeft, begrijpen we waarom pubers langetermijn denken zo lastig vinden. En Susanna daar onze hulp bij nodig heeft. Ach, we herkennen dit vast nog wel van vroeger, toch?




woensdag 2 maart 2016

XTC en effecten



Mensen vragen mij nog weleens of ik stiekem toch niet ook een pilletje in neem als ik naar een feest ga. Het 'probleem' is dat ik teveel weet wat de 'lovedrug' met je lijf en je brein doet, waardoor ik er niet over pieker om het zelfs maar te proberen. Ik vond het tijd om jullie te laten delen in mijn kennis over XTC.

Als je xct neemt voel je je aan de ene kant wakker en scherp, maar ook ontspannen en open. Na 20 minuten komen in je hersenen een extra hoeveelheid van 3 hormonen vrij: serotonine, oxytocine en vasopressine. Serotonine is het gelukshormoon en verzorgt de temperatuurhuishouding. Oxytocine is het knuffelhormoon. Vasopressine verscherpt de aandacht en ondersteunt de nieren.

Het gebruik van xtc geeft minder overlast dan alcohol (dronkelappen zijn vervelender dan knuffelberen) en je kunt er niet verslaafd aan raken, hoogstens afhankelijk van. So far so good.

Maar dan de belangrijkste risico's: oververhitting en watervergiftiging. Als je xtc slikt, neemt je lichaamstemperatuur toe (serotonine effect), waardoor je oververhit kunt raken. En aangezien veel van die feestjes zich afspelen in overvolle zalen, waarbij mensen staan te dringen voor het podium, is dit een reëel gevaar. Xtc zorgt er ook voor dat je nieren vocht gaan vasthouden (vasopressine effect). Je zult dan ieder uur een glas water moeten drinken, maar teveel water veroorzaakt watervergiftiging. Er hoopt dan vocht op in je hersenen, ook wel hersenoedeem genoemd.
Voor een heel heldere uitleg over xtc en watervergiftiging, bekijk onderstaande video.



Al met al loop je met xtc hersenbeschadiging op, vooral met een effect op je geheugen en concentratie en stemming. De verstoring op het geheugen is aanzienlijk. Er zijn testen bekend waarbij zelfs bij beginnende gebruikers (1.6 tot 8 pillen geslikt) slechter scoren op een test waarbij ze een reeks woorden moeten onthouden. Als je ieder weekend flink xtc slikt, gaan hersencellen die serotonine produceren kapot. Dan heb je in elk geval steeds meer xtc nodig voor hetzelfde effect. Voor meer informatie over andere gezondheidsrisico's: Gezondheidsrisico's Ecstacy (door CastleCraig).

Ik hou het bij mijn eigen Van Soelen - gepatenteerde xtc: het broodje shoarma met veel knoflook. Rond 03.00u graag.


woensdag 17 februari 2016

Multitasken bestaat niet!



Heb jij ook wel eens gedacht dat je zo goed bent in multitasken? Ik moet je teleurstellen: ons brein is daar helemaal niet toe in staat. De definitie van multitasken is het tegelijkertijd afhandelen van meerdere denkprocessen, zonder snelheids- of nauwkeurigheidsverlies. Op de automatische piloot fietsen is geen actief denkproces, maar Whatsappen én vergaderen of leren wel en gaan dus niet samen.

"Welk meisje?"
Het knelpunt zit in het werkgeheugen dat maar één ding tegelijkertijd kan verwerken. Aan de universiteit van Utah wordt al jaren onderzoek naar multitasken gedaan. Tijdens een onderzoek waarbij in een computersimulatie de combinatie autorijden+bellen vergeleken werd met autorijden+alcohol waren de resultaten opzienbarend. Toen gevraagd werd, wie het meisje met de rode jas had gezien, zeiden de dronkenlappen zich de rode jas niet te herinneren. De bellers hadden helemaal geen meisje gezien!

Wat we eigenlijk doen is task-switching: omschakelen van een taak naar een andere en terug. En dat vraagt iedere keer weer extra tijd (de switching penalty) om de taak op te starten. Als je bij je huiswerk Facebook checkt bijvoorbeeld. Daardoor kost geschiedenis leren totdat je het beheerst mét je mobiel ernaast bijna 2 keer zoveel tijd!

Er is zelfs uit onderzoek gebleken dat meer multitasken leidt tot een kleiner werkgeheugen. Daardoor ben je sneller afgeleid (zelfs meer sensatiebelust) en kun je je steeds slechter concentreren en zullen schoolresultaten achteruit gaan.

Samengevat, huiswerk en social media samen leiden tot
1. Langere benodigde studieduur totdat iets beheerst wordt,
2. Lagere cijfers en
3. Het missen van belangrijke zaken.

Als jij me nog niet gelooft, probeer eens bovenstaande kleurentest. Klok de tijd die je nodig hebt om van de woorden in beide kolommen de juiste kleur waarin ze gedrukt zijn op te noemen. Moeilijk hè...

(Veel van bovenstaande informatie leerde ik tijdens het bijwonen van een lezing van prof. dr. Paul Kirschner. Zijn blog is een bezoek waard)

zondag 7 februari 2016

Ons werkgeheugen


" OH NEE POEP!! Ik ben vergeten welke automerken ik aan het tellen was!! Aaaarchhh!"

Mijn zoon zit naast me in de auto en is bezig met een 'ik-tel-auto's'-breinopdrachtje dat ik hem gegeven heb. Hij heeft al 83 Opels en 110 Volkswagens geteld en speurt verwoed beide weghelften af. En dan is zijn werkgeheugen het even kwijt.

Het werkgeheugen is het vermogen om informatie gedurende een tijdspanne vast te houden. Dit is als een soort mentaal kladblok waarop je informatie vast houdt voor een tijdje en bewerkt.

Je gebruikt het werkgeheugen de hele dag voor het oplossen van grote en kleine problemen. Dus als je auto's telt op de snelweg. Of wanneer je in de supermarkt je boodschappenlijstje moet aanpassen omdat een essentieel ingrediënt niet te krijgen is. Ga maar eens 125 maal 34 uit het hoofd uitrekenen, een sudoku maken. Je werkgeheugen is dan hard aan het werk!

Je werkgeheugen houdt je doelen voor ogen en stuurt bij, zorgt voor verbindingen tussen allerlei informatie waardoor je nieuwe, creatieve dingen kunt bedenken.

Uit hersenscans is gebleken dat twee delen van de neocortex actief worden bij het activeren van het werkgeheugen, de frontale en pariëtale cortex. Het werkt samen met het lange termijn geheugen.

Als je werkgeheugen niet optimaal functioneert, merk je dat doordat het vermogen om je aandacht ergens bij te houden slecht is. Zo heeft mijn zoon met ADHD een Cogmed werkgeheugentraining gedaan. Door de training is zijn focus verbeterd. En houdt hij Opels en Volkswagens beter uit elkaar.

Wat kun je (naast die sudoku en hoofdrekensommetjes) als volwassenen doen om je focus en werkgeheugen te verbeteren? Gek genoeg helpt sporten en bewegen.
Duurtraining zorgt voor de aanmaak van nieuwe bloedvaten, waardoor de neocortex beter doorbloed is.

Sporten waarbij je over een beweging moet nadenken, zoals taekwondo en yoga, vragen aandacht. Daardoor train je bij yoga niet alleen de "Danser", maar ook je werkgeheugen. Mooi meegenomen. Ook voor mannen, trouwens.



woensdag 3 februari 2016

Doelgericht gedrag en pindakaas


We beschouwen onszelf als intelligente wezens. Wij kunnen bewust nadenken over een probleem ("Wat smeer ik de kinderen voor gezonds op hun boterham?"), in tegenstelling tot zoogdieren. Dit hebben we te danken aan het nieuwste deel van ons brein, de neocortex (of mensenbrein). 

In de neocortex zetelen de executieve functies die wij nodig hebben voor intelligent en doelgericht gedrag
 Het brein heeft prikkels nodig om deze denk- en gedragsvaardigheden te ontwikkelen en neuropsychologen sporen ons aan om kinderen en jongeren deze ervaringen te bieden. Daarmee rijpt het jonge mensenbrein, of zoals Jelle Jolles het verwoordt: "De tiener is een 'work in progress' ".

Maar als jij nu denkt dat jouw 44 jaar oude werkgeheugen niet meer kan ontwikkelen, dan heb je het mis. Ons brein is plastisch wat zoveel betekent dat het kan veranderen in structuur, functies en verbindingen. Zolang het maar getraind wordt.

In deze blog zal ik de executieve functies afzonderlijk bespreken. Wat ze zijn, maar ook hoe je ze kunt trainen. Of je nu jong of oud bent.... 

 Trouwens, ik zou toch regelmatig pindakaas op de boterhammetjes smeren. Het is gebleken dat de hersenen van proefpersonen die pindakaas gegeten hadden voordat ze aan de EEG werden aangesloten meer activiteit lieten zien. Dus.

zaterdag 30 januari 2016

Het cognitieve brein als een wand met kluisjes

  

Eerder sprak ik over het oudste deel van onze hersenen, dit bericht gaat over het nieuwste en buitenste deel, de neocortex. Dit deel van de hersenen verzorgen de cognitieve functies zoals probleemoplossen, beslissen, plannen, prioriteiten stellen. Het onderscheidt ons daarmee van de zoogdieren. Neuropsycholoog Jelle Jolles, de meest inspirerende spreker op de ResearchED van vandaag (30 jan '16) gebruikt voor het cognitieve brein de metafoor van een wand met kluisjes. Elk kluisje wordt gevuld met kennis, ervaringen en belevingen. 
Wij ouders en (volgens Jolles nog meer) leerkrachten hebben de belangrijke taak om stimulans en prikkel te leveren voor de rijping van het cognitieve brein van de jongere. De rol van school voor de vulling van de kluisjes is belangrijk. Het brein volgt namelijk wat de omgeving van de persoon vraagt. 
Daarmee ontstaat de noodzaak tot een onderwijs-verschuiving: From teaching to Learning. Waarbij wij de leerling zien als 'work in progress', wel tot na het 25e levensjaar!







vrijdag 29 januari 2016

Dat raam open tijdens het leren!


Al beslaan de menselijke hersenen slechts twee procent van het lichaamsvolume, ze gebruiken een tienvoud aan zuurstof vergeleken met de rest van het lichaam! Met deze kennis wordt het duidelijk dat voldoende frisse lucht in de kamer van je studerende puber erg belangrijk is. 
En verder, goed leren kun je niet onderuit gezakt of liggend op je bed. Probeer het maar eens. Dat gaat veel beter als je rechtop op een stoel zit. En dat komt weer doordat het bloed dan beter naar je hersenen stroomt en de zuurstof aanvoer dus ook beter is.
Dus alle klagende, bibberende pubers ten spijt...dat raam in het lokaal of op je kamer moét open! Zelfs als het buiten vriest.
Genadeloos zullen wij zijn.

dinsdag 26 januari 2016

Er schuilt een reptiel in elk van ons.

Miljoenen jaren geleden kropen de eerste visjes aan land en ontwikkelden tot reptielen, waaruit veel later de mens ontstond. Dit betekent dat wij nog steeds het brein van een reptiel bezitten. Niet gedacht he?
Dat oudste binnenste deel van onze hersenen bewaakt onze reflexen en overlevingsmechanismen (zoals vluchten en voortplanten ;-)). Als we iets vaak doen wordt dat in het reptielenbrein als reflex of gewoonte opgeslagen. Daardoor kun jij op de automatische piloot naar huis fietsen. Dat is fijn. Minder fijn is dat je slechte gewoontes niet makkelijk verandert. Schelden, drinken, roken, klagen: je had voorgenomen het niet meer te doen, maar een druk op jouw 'reptielen' knop en… je ziet jezelf vloekend, klagend, rokend en drinkend in de kroeg staan.
Het is de kunst om het reptiel in ons te leren kennen. En temmen lukt alleen als je die hagedis een andere gewoonte aanleert. Eentje die de slechte vervangt. Een betere, bij voorkeur.
(Volgende keer een stukje over de andere breinen, jazeker je hebt er wel drie)



zaterdag 23 januari 2016

Laat pubers slapen!

We weten allemaal dat in de puberteit de hormonen door het lijf razen. Maar wist je dat ook melatonine een hormoon is? En wel het hormoon dat ervoor zorgt dat we slaperig worden. Juist tijdens deze levensfase wordt melatonine steeds later afgegeven, waardoor pubers pas later op de avond moe worden! Combineer dat met het feit dat jongeren wel 9 uur slaap nodig hebben, om prikkels te verwerken. 
En dan snap je waarom je als docent soms de aanblik van gapende (of erger) leerlingen zult krijgen :-)


wink-emoticon