woensdag 17 februari 2016

Multitasken bestaat niet!



Heb jij ook wel eens gedacht dat je zo goed bent in multitasken? Ik moet je teleurstellen: ons brein is daar helemaal niet toe in staat. De definitie van multitasken is het tegelijkertijd afhandelen van meerdere denkprocessen, zonder snelheids- of nauwkeurigheidsverlies. Op de automatische piloot fietsen is geen actief denkproces, maar Whatsappen én vergaderen of leren wel en gaan dus niet samen.

"Welk meisje?"
Het knelpunt zit in het werkgeheugen dat maar één ding tegelijkertijd kan verwerken. Aan de universiteit van Utah wordt al jaren onderzoek naar multitasken gedaan. Tijdens een onderzoek waarbij in een computersimulatie de combinatie autorijden+bellen vergeleken werd met autorijden+alcohol waren de resultaten opzienbarend. Toen gevraagd werd, wie het meisje met de rode jas had gezien, zeiden de dronkenlappen zich de rode jas niet te herinneren. De bellers hadden helemaal geen meisje gezien!

Wat we eigenlijk doen is task-switching: omschakelen van een taak naar een andere en terug. En dat vraagt iedere keer weer extra tijd (de switching penalty) om de taak op te starten. Als je bij je huiswerk Facebook checkt bijvoorbeeld. Daardoor kost geschiedenis leren totdat je het beheerst mét je mobiel ernaast bijna 2 keer zoveel tijd!

Er is zelfs uit onderzoek gebleken dat meer multitasken leidt tot een kleiner werkgeheugen. Daardoor ben je sneller afgeleid (zelfs meer sensatiebelust) en kun je je steeds slechter concentreren en zullen schoolresultaten achteruit gaan.

Samengevat, huiswerk en social media samen leiden tot
1. Langere benodigde studieduur totdat iets beheerst wordt,
2. Lagere cijfers en
3. Het missen van belangrijke zaken.

Als jij me nog niet gelooft, probeer eens bovenstaande kleurentest. Klok de tijd die je nodig hebt om van de woorden in beide kolommen de juiste kleur waarin ze gedrukt zijn op te noemen. Moeilijk hè...

(Veel van bovenstaande informatie leerde ik tijdens het bijwonen van een lezing van prof. dr. Paul Kirschner. Zijn blog is een bezoek waard)

zondag 7 februari 2016

Ons werkgeheugen


" OH NEE POEP!! Ik ben vergeten welke automerken ik aan het tellen was!! Aaaarchhh!"

Mijn zoon zit naast me in de auto en is bezig met een 'ik-tel-auto's'-breinopdrachtje dat ik hem gegeven heb. Hij heeft al 83 Opels en 110 Volkswagens geteld en speurt verwoed beide weghelften af. En dan is zijn werkgeheugen het even kwijt.

Het werkgeheugen is het vermogen om informatie gedurende een tijdspanne vast te houden. Dit is als een soort mentaal kladblok waarop je informatie vast houdt voor een tijdje en bewerkt.

Je gebruikt het werkgeheugen de hele dag voor het oplossen van grote en kleine problemen. Dus als je auto's telt op de snelweg. Of wanneer je in de supermarkt je boodschappenlijstje moet aanpassen omdat een essentieel ingrediënt niet te krijgen is. Ga maar eens 125 maal 34 uit het hoofd uitrekenen, een sudoku maken. Je werkgeheugen is dan hard aan het werk!

Je werkgeheugen houdt je doelen voor ogen en stuurt bij, zorgt voor verbindingen tussen allerlei informatie waardoor je nieuwe, creatieve dingen kunt bedenken.

Uit hersenscans is gebleken dat twee delen van de neocortex actief worden bij het activeren van het werkgeheugen, de frontale en pariëtale cortex. Het werkt samen met het lange termijn geheugen.

Als je werkgeheugen niet optimaal functioneert, merk je dat doordat het vermogen om je aandacht ergens bij te houden slecht is. Zo heeft mijn zoon met ADHD een Cogmed werkgeheugentraining gedaan. Door de training is zijn focus verbeterd. En houdt hij Opels en Volkswagens beter uit elkaar.

Wat kun je (naast die sudoku en hoofdrekensommetjes) als volwassenen doen om je focus en werkgeheugen te verbeteren? Gek genoeg helpt sporten en bewegen.
Duurtraining zorgt voor de aanmaak van nieuwe bloedvaten, waardoor de neocortex beter doorbloed is.

Sporten waarbij je over een beweging moet nadenken, zoals taekwondo en yoga, vragen aandacht. Daardoor train je bij yoga niet alleen de "Danser", maar ook je werkgeheugen. Mooi meegenomen. Ook voor mannen, trouwens.



woensdag 3 februari 2016

Doelgericht gedrag en pindakaas


We beschouwen onszelf als intelligente wezens. Wij kunnen bewust nadenken over een probleem ("Wat smeer ik de kinderen voor gezonds op hun boterham?"), in tegenstelling tot zoogdieren. Dit hebben we te danken aan het nieuwste deel van ons brein, de neocortex (of mensenbrein). 

In de neocortex zetelen de executieve functies die wij nodig hebben voor intelligent en doelgericht gedrag
 Het brein heeft prikkels nodig om deze denk- en gedragsvaardigheden te ontwikkelen en neuropsychologen sporen ons aan om kinderen en jongeren deze ervaringen te bieden. Daarmee rijpt het jonge mensenbrein, of zoals Jelle Jolles het verwoordt: "De tiener is een 'work in progress' ".

Maar als jij nu denkt dat jouw 44 jaar oude werkgeheugen niet meer kan ontwikkelen, dan heb je het mis. Ons brein is plastisch wat zoveel betekent dat het kan veranderen in structuur, functies en verbindingen. Zolang het maar getraind wordt.

In deze blog zal ik de executieve functies afzonderlijk bespreken. Wat ze zijn, maar ook hoe je ze kunt trainen. Of je nu jong of oud bent.... 

 Trouwens, ik zou toch regelmatig pindakaas op de boterhammetjes smeren. Het is gebleken dat de hersenen van proefpersonen die pindakaas gegeten hadden voordat ze aan de EEG werden aangesloten meer activiteit lieten zien. Dus.